Canon PowerShot G1 X Mark II Manuel d'utilisateur Page 152

  • Télécharger
  • Ajouter à mon manuel
  • Imprimer
  • Page
    / 239
  • Table des matières
  • MARQUE LIVRES
  • Noté. / 5. Basé sur avis des utilisateurs
Vue de la page 151
152
Vóór gebruik
Basishandleiding
Handleiding voor
gevorderden
Basishandelingen
van de camera
Auto-modus/Modus
Hybride automatisch
Andere
opnamemodi
P-modus
Tv-, Av-, M-, C1- en
C2-modus
Afspeelmodus
Wi-Fi-functies
Menu Instellingen
Accessoires
Bijlage
Index
Controlelijst
Netwerknaam (SSID/ESSID)
De SSID of ESSID van het toegangspunt dat u gebruikt.
Dit wordt ook wel de “naam van het toegangspunt” of de
“netwerknaam” genoemd.
Netwerkverificatie/gegevenscodering
(coderingsmethode/coderingsmodus)
De methode om gegevens te coderen tijdens draadloze
verzending.
Geen
WEP (open
systeemverificatie)
WPA-PSK (TKIP)
WPA-PSK (AES)
WPA2-PSK (TKIP)
WPA2-PSK (AES)
Wachtwoord (versleutelingscode/netwerksleutel)
De sleutel om gegevens te coderen tijdens draadloze
verzending. Ook wel “versleutelingscode” of “netwerksleutel”
genoemd.
Sleutelindex (verzendsleutel)
De ingestelde sleutel wanneer WEP wordt gebruikt voor
netwerkverificatie/gegevenscodering.
1
Verbindingsmethoden verschillen afhankelijk van of het toegangspunt
al dan niet WPS (Wi-Fi Protected Setup) ondersteunt. Raadpleeg de
gebruikshandleiding die bij uw toegangspunt is geleverd om te zien of WPS
wordt ondersteund.
Een router is een apparaat dat een netwerkstructuur (LAN) maakt om
meerdere computers met elkaar te verbinden. Een router die een interne
draadloze functie bevat, wordt een “Wi-Fi-router” genoemd.
In deze handleiding worden alle Wi-Fi-routers en basisstations
“toegangspunten” genoemd.
Zorg dat u het MAC-adres van de camera toevoegt aan het toegangspunt als
u MAC-adressen filtert in uw Wi-Fi-netwerk. U kunt het MAC-adres van uw
camera controleren door MENU (=
28) > tabblad [3] > [Instellingen Wi-Fi]
> [MAC-adres controleren] te kiezen.
Verbinding maken met WPS-compatibele
toegangspunten
Met WPS is het eenvoudig instellingen te voltooien wanneer u apparaten
via Wi-Fi verbindt. U kunt ofwel de Push Button configuratiemethode
gebruiken of de PIN-methode voor instellingen op een apparaat dat WPS
ondersteunt.
1 Controleer of het doelapparaat
verbonden is met het
toegangspunt.
z Deze stap is niet nodig wanneer
u verbinding maakt met webservices.
z Raadpleeg de gebruikshandleidingen
van het toegangspunt en het apparaat
voor instructies om de verbinding te
controleren.
2 Open het Wi-Fi-menu (=
150).
3 Kies het doelapparaat.
z Kies het doelapparaat (druk op de
knoppen <o><p><q><r> of draai aan
de knop <7>) en druk daarna op de
knop <m>.
z Om verbinding te maken met een
smartphone kiest u [
].
z Om verbinding te maken met een
computer kiest u [
].
z Om verbinding te maken met een printer
kiest u [2].
Vue de la page 151
1 2 ... 147 148 149 150 151 152 153 154 155 156 157 ... 238 239

Commentaires sur ces manuels

Pas de commentaire